Ekaterina Levental, geboren in Tashkent, de hoofdstad van Oezbekistan, een van de republieken van de vormalige Soviet Unie, nu woonachtig en werkzaam in Amsterdam, presenteert een indrukwekkende bloemlezing van de meest delicate liederen uit de laat-romantische periode van de zogenaamde Russische Zilveren Tijd. De samenwerking met pianist Maurice Lammerts van Bueren resulteert in een programma van adembenemende schoonheid. Het 32 p. tellende boekje bij de CD bevat de originele Russische liedteksten en een vertaling in het Engels. Het boekje opent met een grondige analyse van de stijlperiode door Professor Dr. Francis Maes (Universiteit van Gent), als volgt ingeleid:
“Tsjajkovski onderscheidde zich naar temperament van romantici zoals Byron en Beethoven. Het ontbrak hem aan hun grootte van ego en hun heroïsche, passionele exuberantie. Zijn natuur – die hij in grote mate te danken had aan de opvoeding in zijn familie – was eerder “sentimenteel” in de betekenis die Friedrich Schiller eraan had gegeven en die in de latere negentiende eeuw over heel Europa wijd verspreid was in muziek, literatuur en andere kunsten. Het is geen toeval dat Tsjajkovski’s muziek geliefd en populair werd naarmate de eeuw ten einde liep.” In deze woorden karakteriseert Alexander Poznansky, de eminente biograaf van de componist, de emotionele inhoud van Tsjajkovski’s muziek. Hij geeft meteen een verklaring waarom zijn muziek zo populair werd in de periode van het fin de siècle. In Rusland spreken we van de Zilveren Tijd, om de laatste bloei van het tsaristische Rusland aan te duiden. In die periode namen kunstenaars en opinieleiders afstand van de geëngageerde en realistische idealen die de jaren 1860-70 hadden bepaald. De muzikale vertegenwoordiger bij uitstek van die strekking was Modest Moesorgski geweest. Tsjajkovski had zich van meet af aan onderscheiden van Moesorgski en de kring waartoe hij behoorde – de Mogoetsjaja Koetsjka, of “Het Machtige Hoopje” van componisten rondom de centrale figuur van Mili Balakirev – in zijn visie op muziek als taal van emotie en idealistisch instrument van schoonheid. Als zijn vroegtijdig overlijden in 1893 er niet anders over had beslist, was Tsjajkovski uitgegroeid tot het boegbeeld van de Zilveren Tijd in de muziek. Na zijn overlijden nam de jonge Sergej Rachmaninoff zijn rol over. Hij bracht de verfijnde gevoelscultuur van Tsjajkovski tot een laatste hoogtepunt, voordat de Russische Revolutie het tijdperk definitief afsloot.